Inleiding

In Nederland hebben 1,3 miljoen mensen van de potentiële beroepsbevolking zoveel lees- en schrijfproblemen dat zij niet goed kunnen functioneren in onze maatschappij en op de werkvloer. Ruim vijftig procent heeft een baan en kan bijvoorbeeld geen veiligheidsinstructies, bestelformulieren of personeelsblad lezen.

Herkenbaar?

Is uw medewerker regelmatig zijn bril vergeten? Of vult hij formulieren altijd thuis in? Of vergeet hij afspraken en stuurt nooit e-mails? Herkent u de signalen? Uw organisatie kan gericht aan de slag met de aanpak van laaggeletterdheid. Zo creëert u een veilige werkomgeving, meer flexibiliteit en hogere productiviteit. En u levert een maatschappelijke bijdrage.

Hoe herken ik laaggeletterheid?

U kunt laaggeletterdheid herkennen aan de volgende signalen.

• Vergeet afspraken
• Neemt formulieren mee naar huis
• Leest geen of erg traag de werkinstructie of werkrooster.
• Stelt vragen over informatie die al schriftelijk is.
• Stuurt geen e-mails
• Beweegt ogen niet over tekst of formulier
• Heeft moeite met formuleren van vragen of eigen mening
• Verzoekt herhaaldelijk om instructies

Geeft een iemand vaak deze antwoorden (of variaties daarop):

“Dat formulier vul ik thuis wel in”.

“Ik schrijf zo onleesbaar, kunt u dat voor mij invullen?”.

“Ik dacht dat de afspraak morgen was”.

“Ik ben mijn bril vergeten”

Probeer dan in een een gesprek eens te beginnen over lees- en schrijfvaardigheden.

Stappenplan

Het stappenplan bestaat uit vijf stappen opgebouwd uit verschillende modules. Aan de hand van vijf stappen kunt u simpel een projectplan voor een structurele aanpak van laaggeletterdheid binnen uw organisatie opstellen. Hiervoor kunt u het standaard Plan van Aanpak gebruiken dat op onderstaande website te vinden is. 

Meer informatie en hulpmiddelen bij de aanpak?

Kijk op de site: www.taalwerkt.nl